Kwaliteitszorg

Onder kwaliteitszorg verstaan wij het geheel aan activiteiten dat ondernomen wordt om de kwaliteit van het onderwijs (c.q. de school) te onderzoeken, te borgen of te verbeteren en openbaar te maken. Omdat kwaliteit een relatief begrip is, wordt kwaliteit vaak bepaald door middel van vergelijkingen en vragen. Dit kunnen vergelijkingen in tijd zijn (‘Hebben we dit jaar beter gepresteerd dan vorig jaar?’) of vergelijkingen met anderen (‘Hoe hebben we het gedaan in vergelijking met andere scholen?’) of vragen als: hebben we bereikt wat we ons hebben voorgenomen of wat van ons verwacht mag worden? Om kwaliteitszorg uit te voeren is door school een kwaliteitsbeleidsplan geschreven waarin de activiteiten worden omschreven die de school onderneemt om het onderwijs binnen de school te verbeteren.

Onderwijsinspectie

Een belangrijke rol bij het beoordelen van de kwaliteit heeft de Onderwijsinspectie. Van iedere school zijn gedetailleerde gegevens beschikbaar die door de Inspectie bijeengezet worden in rapportages en cijfermatige vergelijkingen.

Te denken valt daarbij aan gemiddelde cijfers voor het centrale examen, aan rendementsgegevens over doorstroom en aan informatie over de mate waarin de leerlingen volgens het advies van de basisschool doorstromen. Al deze informatie is op de website van de Onderwijs- inspectie gerubriceerd per school.

De website kunt u bezoeken via www.onderwijsinspectie.nl. Onze school kan daarin worden gezocht op plaatsnaam en op schoolnaam.

Ook op http://www.scholenopdekaart.nl  vindt u een heleboel informatie over De Nieuwe Thermen over ons onderwijs, de resultaten en tevredenheid. 

De kwaliteit van een onderwijsinstelling wordt bepaald door een groot aantal factoren: de kwaliteit van de lessen, het leerklimaat op school, de inzet van de medewerkers, de zorg voor de leerlingen, de interne organisatie en de faciliteiten. Uiteindelijk wordt de school beoordeeld op haar resultaten en dat zijn de prestaties van de leerlingen. Externe instanties – de inspectie vooral – meten en beoordelen die prestaties.

Om kwaliteit te kunnen leveren moet volgens ons aan een aantal randvoorwaarden zijn voldaan:

 

Sociaal klimaat

De school moet een veilig klimaat bieden. Kinderen gedijen immers niet in een onveilige omgeving. De leerling moet zich thuis voelen in het schoolklimaat. Bedreigende invloeden van buiten moeten geen kans krijgen. Alle medewerkers hebben hier een verantwoordelijkheid in.

Uitdagend leerklimaat

Wij creëren een uitdagend leerklimaat voor leerlingen. Dat doen we bijvoorbeeld door te differentiëren in de lessen, door leerlingen veel autonomie te geven, door theorie en praktijk te combineren, door thematisch te werken, door buitenschools leren, veel aandacht voor vaardigheden en talentontwikkeling.

Samenwerkingsverband Passend Onderwijs

Schoolbesturen voor voortgezet onderwijs hebben de opdracht om voor alle leerlingen passend onderwijs te organiseren. De schoolbesturen werken samen om invulling te geven aan deze zorgplicht.

Elk kind heeft recht op passend onderwijs, ongeacht niveau van leren en ontwikkeling. Schoolbesturen en scholen geven vorm aan passend onderwijs: ze bieden goede basisondersteuning en extra ondersteuning in samenwerking met ketenpartners zoals hulpverlening, schoolarts enz. Alle schoolbesturen werken samen en zijn vertegenwoordigd in het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO.

In Zuid Limburg zijn drie Samenwerkingsverbanden Voortgezet Onderwijs (SWV, VO):

Regio Westelijke Mijnstreek: Beek, Beekdaelen, Sittard-Geleen en Stein

Regio Maastricht-Heuvelland: Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Maastricht, Meerssen, Vaals en Valkenburg aan de Geul

Regio Parkstad: Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal

Deze drie samenwerkingsverbanden in Zuid Limburg werken nauw samen op zowel beleidsmatig als uitvoeringsvlak. Informatie over de Samenwerkingsverbanden VO Maastricht-Heuvelland en Parkstad kunt u terugvinden op de website: www.passendonderwijszuid.nl

Dekkend aanbod

Het Samenwerkingsverband heeft de verantwoordelijkheid een onderwijsaanbod te organiseren, waarin alle leerlingen een passende plek vinden. Voor elke leerling met een ondersteuningsbehoefte wordt zo passend mogelijk onderwijs gerealiseerd opdat ieder kind zich optimaal kan ontwikkelen. Daartoe werken de reguliere scholen en de scholen voor speciaal voortgezet onderwijs in het samenwerkingsverband nauw samen. Als uitgangspunt geldt: regulier onderwijs als het kan; speciaal onderwijs waar het nodig is.

Alle scholen hebben hun huidige mogelijkheden om leerlingen te begeleiden en te ondersteunen beschreven in het schoolondersteuningsprofiel (het SOP). De schoolbesturen in het SWV hebben een hoog niveau van de basisondersteuning vastgesteld en daarover afspraken gemaakt in het ondersteuningsplan. Alle scholen bieden dezelfde basisondersteuning. Wanneer een school in een situatie komt dat extra inzet noodzakelijk is om aan de specifieke onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van een leerling tegemoet te komen, wordt extra ondersteuning ingezet. Elke school heeft aangegeven welke extra ondersteuning zij heel concreet zelf kan leveren. Zowel de basisondersteuning als de extra ondersteuning is terug te vinden in de ‘kijkwijzer’ van elke school. Deze vindt u op de website van de school en op de website van het samenwerkingsverband.  www.passendonderwijszuid.nl

In de basisondersteuning speelt de mentor een belangrijke rol. Hij/ zij is het eerste aanspreekpunt voor leerling en ouders. Wanneer er meer ondersteuning nodig is dan de mentor kan bieden, overlegt de mentor met collega’s en teamleider om te komen tot de juiste ondersteuning. Wanneer ook dat niet toereikend is, kan een hulpvraag worden voorgelegd aan het ondersteuningsteam (O-team). Het O-team bestaat uit de zorgcoördinator, een begeleider passend onderwijs en een schoolmaatschappelijk werker. De schoolarts en leerplichtambtenaar nemen vaak deel aan het overleg van het O-team. Daarnaast kan het O-team een beroep doen op medewerkers van de gemeente, hulpverleningsinstanties enz.

Bovenop de (extra) ondersteuning die de verschillende scholen bieden, wordt er door het Samenwerkingsverband ondersteuning geboden in de vorm van arrangementen. Er zijn vastgestelde arrangementen (zoals bijvoorbeeld het schakeltraject), maar er worden ook arrangementen toegewezen, specifiek en op maat gemaakt voor een individuele leerling.

Aanmelding, zorgplicht en toelaatbaarheid tot speciaal (voortgezet) onderwijs

Ouders melden hun kind schriftelijk op de school van keuze aan. Aanmelding betekent niet automatisch dat een kind geplaatst wordt. De school heeft na aanmelding zes weken tijd om te onderzoeken of zij een onderwijsaanbod heeft dat past bij de ondersteuningsvraag van een leerling. Deze periode kan eenmaal met maximaal vier weken worden verlengd. Van ouders wordt verwacht dat zij de school op de hoogte stellen als zij vermoeden dat hun kind (extra) ondersteuning nodig heeft.

Als een school de leerling niet kan plaatsen omdat zij niet kunnen voldoen aan de ondersteuningsbehoefte van een leerling, zoekt de school (of het schoolbestuur) een passende onderwijsplek op een andere school. Dat kan een reguliere school zijn of een school voor speciaal onderwijs. Belangrijk daarbij is dat een goede balans wordt gevonden tussen het advies van de basisschool, de wensen van ouders en de mogelijkheden van scholen. Als extra ondersteuning in het speciaal onderwijs nodig is, dan wordt door de school waar het kind is aangemeld een toelaatbaarheidstraject gestart. Het samenwerkingsverband bepaalt of een leerling toelaatbaar is tot het speciaal onderwijs.

Meer informatie in het algemeen en over de toelaatbaarheid tot speciaal onderwijs in het bijzonder, kunt u terugvinden op de website www.passendonderwijszuid.nl         

Direct naar
facebook